Story listening

Story listening

donderdag 22 oktober 2015

Ambtenaren? Hopeloos.


Weet je wat een leuk idee is? We laten niet alleen bewoners hun verhaal vertellen, maar ook ambtenaren. Ja, jottum. Dat zijn tenslotte ook mensen. Dacht ik. 

In enkele van de verhalenbijeenkomsten die ik in Amsterdam Zuidoost organiseerde, vertelden ook collega’s hun verhaal. Nu ja, verhaal. Vol goede moed begon ik aan de voorbereidende gesprekken. En die begonnen elke keer best aardig. Vraag een ambtenaar naar zijn of haar project en het is of je een muntje in een automaat gooit. Sommige van die voorgesprekken duurden rustig twee uur. En heel interessant allemaal, hoor. 


Emoties?! 
Maar dan kwam het moment om al die informatie in de vorm van een verhaal te gieten. Een persoonlijk verhaal. Waarin je ook praat over je emoties. En wat je moeilijk vindt. Hier begon het mis te gaan. Want het aan mij vertellen was één ding, maar aan een publiek? Als ambtenaar in functie praten over je onzekerheden, je fouten, je dilemma’s? Met pijn en moeite kwamen we op een ‘mogelijk aandachtspunt’ waarbij mijn gesprekspartners al snel in abstracties vervielen: “de afstemming met externe partners had op onderdelen wel wat gestructureerder mogen verlopen…” Gááp. 


Het woord ‘ik’ 
Wat ambtenaren ook niet kunnen: het woord ‘ik’ uitspreken. Al drukte ik ze nog zo op het hart: het is jouw verhaal, hou het bij jezelf, begin je zinnen met ‘ik’…; ze bleven maar terugvallen op ‘we’: hier hebben we dit gedaan, daar hebben we samengewerkt met…. Stond ik als een dwaas achter het publiek geluidloos ‘ik!’, ‘ik!’ te gebaren, het ‘we’ bleek onuitroeibaar. Ergens wel snoezig, dat groepsgebeuren, maar persoonlijk wil het niet worden, terwijl dat juist de kracht is van een… tja, persoonlijk verhaal. 

Vuistregel 
Wat ik ervan geleerd heb? Een simpele vuistregel: hoe minder ervaring de spreker heeft, hoe mooier het verhaal. Want een verhaal gedijt – in tegenstelling tot een presentatie – niet zo zeer bij professionaliteit, maar bij authenticiteit. De mooiste verhalen zijn die van de vrouwen die zich maar blijven verontschuldigen: ‘waar was ik, oh sorry hoor, ik ben zo zenuwachtig, hi hi hi!’ Die van de mannen die veel te hard praten omdat ze vergeten dat de microfoon voor de versterking zorgt. De mensen die helemaal achteraan op het podium gaan staan, omdat zich (letterlijk) op de voorgrond stellen voor hen onnatuurlijk aanvoelt. 

De gewoonste mensen 
Met zo’n ontwapenend optreden win je zelfs het meest cynische publiek voor je. Luisteraars die je kwetsbaarheid voelen, zijn bereid zich open te stellen voor je verhaal. Vandaar dat ik op mijn zoektochten naar nieuwe sprekers altijd vraag naar ‘de gewoonste mensen’. Wie weet kunnen we als ambtenaren nog wat van hen leren. Hoe je het veilige domein van je expertise en ervaring verlaat, de generalisaties en abstracties loslaat en vertelt over jezelf. Doodeng. 

Deze blog verscheen op 29 oktober 2014 op het intranet van de gemeente Amsterdam.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten