Story listening

Story listening

vrijdag 11 november 2016

Arbeidsintensief of toch superefficiënt?


Een voorbehoud dat sommige mensen maken die geïnteresseerd zijn in story listening, is dat het 'wel erg arbeidsintensief is’. Ze zien de potentie, willen ermee aan de slag maar zien op tegen de tijd die het voorbereiden van een verhaal kost.

Hoe verantwoord je die investering, in deze tijd waarin de overheid alleen maar moet bezuinigen? Zijn drie afspraken van een uur, op locatie, voor een verhaal van vijf minuten dan niet vreselijk frivool?

Je kan mijn antwoord wel raden: nee. Story listening is juist superefficiënt. Laatst had ik een bijeenkomst met zeshonderd mensen. Twee Amsterdammers vertelden aan hen hun persoonlijke verhaal. Dat had mij per verteller ongeveer één werkdag voorbereidingstijd gekost. Twee werkdagen in totaal dus.

Stel je voor dat al die zeshonderd mensen zelf op zoek hadden moeten gaan naar twee mensen uit hun doelgroep om naar hun persoonlijke verhaal te luisteren. Zeshonderd mensen keer twee werkdagen keer ... nou ja, reken maar uit.

Ik vergelijk het wel eens met filmpjes, die tegenwoordig zo populair zijn om op bijeenkomsten te vertonen. Wat kosten die niet aan voorbereidingstijd? Om nog maar te zwijgen over de kosten. Zeker animaties zijn peperduur. Een live verhaal kost je tijd, aandacht en betrokkenheid, maar in harde euro’s bijna niets. De prijs van een cadeaubon.

zaterdag 7 mei 2016

De onmeetbare waarde van een verhaal


Hoe meet je de waarde van verhalen? Die vraag duikt regelmatig op bij discussies over de inzet van storytelling als communicatiemiddel. Met de huidige nadruk op ‘evidence based’ werken en ‘accountability’ zijn verhalen maar glibberige dingen. Leuk vindt iedereen ze, maar of ze effectief zijn?

Mijn gebruikelijke strategie om mensen te overtuigen van de effectiviteit van verhalen, is door... er een verhaal over te vertellen. Dan vertel ik over bijstandsmoeder Priscilla die van het podium afkwam en verbijsterd bleek over haar eigen kunnen, dat ze haar eigen verhaal had durven vertellen. Of over die ambtenaren die bij het luisteren naar een schrijnend verhaal over een kwetsbaar schoolmeisje, een traantje weg zaten te pinken.

Mensen ‘voelen’ vaak wel wat de waarde van verhalen is. Ze snappen dat je geraakt en geïnspireerd kan raken van een persoonlijk verhaal uit je doelgroep. Maar dan? Wat doe je bijvoorbeeld met al die ongestructureerde informatie in een verhaal? Ja, er zit informatie in verhalen die relevant is voor de organisatie. En nee, die past niet netjes in onze hokjes van afdelingen en beleidsterreinen.

Slecht asfalt
Ik herinner me een verhaal van een vrouw die hardlooptrainingen geeft aan arme, allochtone vrouwen in Amsterdam-Noord. In haar verhaal zat concrete informatie voor de stratenmakers van het stadsdeel, want het asfalt in het park waar ze liepen was hier en daar zo slecht. En de straatverlichting kon ook beter. Maar haar verhaal ging ook over hoe de vrouwen de weg naar de armoedevoorzieningen niet konden vinden (veel abstractere informatie die relevant is voor een centrale beleidsafdeling van de gemeente).

En dan nog: N=1. Wat moet je met één verhaal? Je kan niet één persoon representant maken voor een hele doelgroep. Misschien wijkt deze persoonlijke ervaring wel heel erg af van het gemiddelde. Verhalen hebben geen kwantitatieve, meetbare waarde. Je kan er geen grote lijnen uit halen waar je in je beleidsontwikkeling wat mee kan.

Mildere ogen
Wat dan wel? Door te luisteren naar verhalen, gebeurt er iets met je beeld van de werkelijkheid. Die wordt rijker, genuanceerder. Het effect is dat je – door je doelgroep letterlijk in de ogen te kijken – hun beleving beter kunt begrijpen. Je gaat je misschien zelfs voorstellen hoe je het zelf had gevonden om in die situatie te zitten. Mogelijk helpt dat je om met mildere ogen naar je doelgroep te kijken. Als je uit hun eigen mond hebt gehoord hoe moeilijk het soms is om de juiste keuzes te maken. En om – met die ene man of vrouw die het meest indruk op je heeft gemaakt voor je geestesoog – met nog meer bezieling je werk te kunnen doen.